De Mariakerk met de imposante toren. Foto: @Jur Kuipers.
Van verre zichtbaar is de bijna vijftig meter hoge toren van de kerk van Uithuizermeeden. De hoogte, de blauwwitte kleur en de bijzondere vormgeving maken het tot een van de meest karakteristieke torens in de provincie Groningen. Binnenin de kerk herinnert veel aan de familie Rensema, bewoners van de Rensumaborg en collators van de kerk. Het indrukwekkende grafmonument is echter voor Rodolf Huinga, lid van een voornaam Ommelander geslacht en bewoner van de Ungersmaborg. De kerk is een Rijksmonument (nr. 21315).
Gebruik
Gedenksteen boven de ingang van de toren: Foto: ©Jur Kuipers.
Beknopte historie In het interieur is veel werk terug te vinden van de Groninger kunstenaar Allert Meijer. De herenbanken (1706), het doophek en de preekstoel (1708) zijn door hem ontworpen. Het houtsnijwerk is van Jan de Rijk.
Het imposantie orgel ontworpen door Albertus Antoni Hinsz (1704-1785), afgebouwd door meesterknecht Matthijs Hansen Hardorff (1747-1802). Foto: ©Jur Kuipers.
Gedenktekst op het orgel:
Het orgel in de kerk is naar een ontwerp van de orgelbouwer Albertus Antoni Hinsz (1704-1785), die met de bouw is begonnen, maar vrij snel daarna is overleden. Het instrument is afgebouwd door zijn meesterknecht Matthijs Hansen Hardorff (1747-1802).
In de kerk bevindt zich de graftombe van Rudolf Huïnga (Rodolf Huinga), bewoner van de borg Ungersma. Deze borg nabij Uithuizermeeden is in de 17e eeuw afgebroken.
Interieur met herenbanken en de preekstoel. Foto: ©Jur Kuipers.
Uitgebreide historie
Tamminga en Alberda In en buiten de kerk herinnert veel aan de familie Tamminga van Alberda van Rensema, bewoners van de Rensumaborg in Uithuizermeeden. De Rensumaborg wordt in 1695 gekocht door Jonker Mello Alberda (1642-1699) van Menkema die getrouwd is met Susanna Elisabeth Tamminga (1646-1680). Door deze aankoop verkrijgt Mello Alberda de meerderheid van de rechtstoel Uithuizen en Uithuizermeeden. Op basis van grondbezit heeft de familie Alberda een belangrijke positie weten te bemachtigen in Uithuizen en Uithuizermeeden die tot 1701 één rechtstoel vormen. Na de dood van Mello erft zijn zoon Onno Tamminga van Alberda (1669-1743, die ook de familienaam van zijn moeder draagt) de Rensumaborg. Daarmee wordt de rechtstoel verdeeld en wordt Uithuizermeeden een zelfstandige rechtstoel. Dat betekent ook dat Onno naast veel invloed op het openbare leven ook de zeggenschap over de kerk krijgt en daarmee over het benoemen van de predikant, de organist en het hoofd van de school.
Het koor Kort na de doorbraak van het koor wordt het interieur van de kerk verfraaid. In opdracht van de familie Tamminga en Alberda bouwt stadsbouwmeester Allert Meijer in 1708 de kansel met doophek en de twee Herenbanken. Het houtsnijwerk is gemaakt door Jan de Rijk. Deze vaklieden hebben in de familie Alberda, de nabijgelegen dorpen en in de provincie al een naam verworven met het bouwen van orgelkassen voor de verschillende Schnitger orgels, kansels, doophekken en monumentale herenbanken.
De prachtige preekstoel gemaakt door Allert Meijer met houtsnijwerk van Jan de Rijk (1708). De afbeelding rechts staat voor Standvastigheid. Paneel in het midden: Lucas. Foto: ©Jur Kuipers.
De prachtige preekstoel gemaakt door Allert Meijer met houtsnijwerk van Jan de Rijk (1708). Paneel in het midden: Marcus. Foto: ©Jur Kuipers.
De prachtige preekstoel gemaakt door Allert Meijer met houtsnijwerk van Jan de Rijk (1708). Foto: ©Jur Kuipers.
De prachtige preekstoel gemaakt door Allert Meijer met houtsnijwerk van Jan de Rijk (1708). De afbeelding rechts staat voor Voorzichtigheid; uiterst rechts (met hondje) staat voor standvastigheid. Het paneel in het midden is de evangelist Johannes. Foto: ©Jur Kuipers.
Kansel De rijkversierde kansel, uitbundig in de allegorische voorstellingen die erop verwerkt zijn, is van zeer hoge kwaliteit en uitstekend bewaard gebleven.
Herenbank met de wapens van Onno Tamminga van Alberda en Josina Petronella Clant. Foto: ©Jur Kuipers.
Twee herenbanken De twee herenbanken staan op de scheiding van het schip en het koor: twee gesloten banken achter elkaar aan weerszijden van het middenpad. Herenbanken zijn de zetels voor de elite, de adellijke families die hun rijkdom en macht presenteren en manifesteren in de kerk. Op de achterschotten staan de wapens van Onno Tamminga van Alberda en Josina Petronella Clant. Deze herenbanken zijn op dat moment eigendom van deze familie die ook een grafkelder onder het koor van de kerk heeft. Als laatste wordt in 1786 Willem Alberda, heer van Rensuma, zoon van Onno bijgezet. Zijn wapenbord hangt in het koor boven het adelspoortje.
Wapen (links): Gevierendeeld: +
N.B. In tweevoud.
Afgebeelde wapen links: Lewe. In goud een rode leeuw. Helmteken: een uitkomende rode leeuw. Dekkleden: goud en rood.
Grafmonument van Rodolf Huinga. Foto: ©Jur Kuipers.
Rodolf Huinga Ter nagedachtenis aan Rodolf Huinga staat in het koor een indrukwekkend grafmonument: een liggend wit geverfd beeld in wapenuitrusting. Rodolf stamt uit een belangrijk Ommelander geslacht. Door zijn toedoen heeft de Mariakerk sinds in 1575 al een orgel. Recht tegenover het koor staat aan de westwand nu het orgel dat in opdracht van Willem Alberda van Rensema door A.A. Hinsz ontworpen is. Hinsz overlijdt in 1785 waarna het orgel verder wordt afgebouwd door Frans Schnitger jr. (Wapen links: Huinga. Gevierendeeld van goud en blauw. Helmteken: een uitkomend adelaar, gevierendeeld van goud en blauw. N.B. Ook met wisselende kleuren). Rodolf Huinga heeft op de Ungersmaborg gewoond.
Opschrift, slechts deels op de foto zichtbaar: DE E. E. JR. RUDOLF HUINGA OP UNGERSMA. OBIIT XIX APR. A° MDLXXIV. NASCENDO MORIMUR. UT MANUS ARTIFICIS SAXO SUPERINDUIT ARTE / HUMANI FORMAM CORPORIS EGREGIAM / NON ALITER DEUS OMNIPOTENS ET RECTOR OLYMPI / MASSAE ANIMAM IUNGIT CORPOREAE AETHEREAM / ET QUANDO AETERNAE MENTIS DIVINA VOLUNTAS / SIC IUBET, HORUM ITERUM DISSOCIATUR AMOR / ATQUE UT DE TERRA MORTALIA CORPORA NATA / SUNT, ITA RURSUS IN HANC SOLVITUR OMNIS HOMO.
Beeldhouwwerk:
De toren van de Mariakerk. Foto: ©Jur Kuipers.
Toren Aan de westgevel van de kerk is de karakteristieke toren gebouwd, een zogenaamd gereduceerd westwerk. Allert Meijer, stadsbouwmeester van Groningen die ook de A-kerktoren in Groningen heeft gebouwd, mag in opdracht van Onno Tamminga van Alberda ook de toren van Uithuizermeeden bouwen. Boven de ingang van de toren is de gedenksteen geplaatst. De bouw begint in 1717 maar door de rampzalige kerstvloed in dat jaar en de ernstige gevolgen daarvan, kan de bouw pas vijf jaar later weer hervat worden en is uiteindelijk in 1726 afgerond. Oorspronkelijk staat aan de noordzijde van de kerk een vrijstaande toren. Deze is in 1734 afgebroken. Uithuizermeeden heeft dus enige tijd twee torens gehad.
De toren wordt in 1896 door de bliksem getroffen waardoor het houten gedeelte van de toren door brand verloren gaat. Architect O.de Leeuw Wieland maakt een nieuwe tekening van de toren en zorgt ook voor de uitvoering. De toren van Spijk (1902), die duidelijke overeenkomsten vertoont met de toren van Uithuizermeeden, is ook het werk van de Leeuw Wieland.
Stichting Oude Groninger Kerken
De Mariakerk van Uithuizermeeden met toren gezien vanuit het zuidoosten. Foto: ©Jur Kuipers.
Op de begraafplaats naast de kerk ligt een graf van Jacob Alders met een bijzondere tekst.
Lees ook eens: Achtergronden bij de geschiedenis van de Mariakerk.
|
||||||||||||
|